Bewoners van Utrecht, Amersfoort, Veenendaal en Nieuwegein kunnen deze zomer meedoen met een grootscheeps onderzoek naar hitte in de stad. NMU, Milieucentrum Utrecht en IVN Consulentenschap Utrecht brengen samen met bewoners de hitte in de verschillende stadsdelen in kaart.

Hitte in de stad

In de steden is het tijdens een warme periode in de zomer vaak warmer dan op het omliggende platteland. Vooral ’s nachts blijft de hitte lang hangen, waardoor mensen last hebben van de warmte en op den duur gezondheidsproblemen krijgen. De stad ontwikkelt zich tot een soort Hitte Eiland. Door de klimaatverandering wordt dit warmte probleem groter.

Organisatie

Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU), het Milieucentrum Utrecht en IVN Consulentschap Utrecht vinden het belangrijk dat mensen zich bewust worden van de invloed van groen of juist steen, beton dan wel asfalt op hun eigen leefomgeving. Een terras met alleen stenen is in de zomer veel warmer dan een tuintje met gras en struiken en bomen.
Daarom worden in de steden Utrecht, Amersfoort, Nieuwegein en Veenendaal de metingen door bewoners verricht. Gewoon thuis, in de eigen woon- of slaapkamer en op het balkon of in de tuin. Zo`n tweehonderd vrijwilligers krijgen hiervoor een thermometer thuisgestuurd en zij noteren twee keer per dag hun ervaringen tijdens een aaneengesloten warme periode.

Officiële metingen

Daarnaast gaat de Universiteit Wageningen in de stad Utrecht officiële metingen uitvoeren. Dit gebeurt via een meetinstallatie op een bakfiets, waarmee meerdere rondjes door de stad wordt gereden. Ook worden weerstations op diverse plekken in Amersfoort en Utrecht neergezet. Zodra een aantal zeer warme dagen zich aandient, wordt het draaiboek in werking gesteld.
De resultaten van de metingen worden geanalyseerd en de heetste locaties in de vier gemeenten in kaart gebracht. Op deze locaties wordt bekeken welke maatregelen nodig zijn, bijvoorbeeld de aanleg van geveltuintjes, waterpartijen of bomengroepen.