Wim van GinkelWim van Ginkel over het Productschap Tuinbouw en ‘je niet de kaas van het brood af laten eten’. Verslag van een interview.

Aanleiding

Op dit moment is er een stroming – zowel in de politiek als bij de ondernemers zelf – die het nut van de productschappen in twijfel trekt.
Naar aanleiding daarvan vindt binnenkort een enquête plaats over Het Productschap Tuinbouw (PT) onder ondernemers in de groene sector. Het Productschap Tuinbouw is in het leven geroepen om de sector sterker te maken. Denk daarbij aan zaken van algemeen belang in de sfeer van promotie, kennisdeling, professionalisering en kwaliteitsbevordering.

Sectorcommissie

Wim van Ginkel is lid van de sectorcommissie van het Productschap tuinbouw en wel specifiek voor de hoveniersbranche. De samenstelling van deze commissie is gevarieerd; naast ondernemers, zowel leden als VHG als niet-leden, zijn ook de vakverenigingen FNV en CNV vertegenwoordigd. We zijn er voor alle PT-plichtige ondernemers. De middelen die het PT int dienen we zo goed mogelijk te besteden. Het gaat om een bedrag van circa 1,2 miloen euro. Het is zaak de administratieve lasten hierbij zo klein mogelijk te houden. Dat heeft de sectorcommissie er ondermeer toe gebracht om ondernemers met een omzet van minder dan € 35.000 vrij te stellen van afdracht aan het PT. Alle bijeenkomsten van de commissie zijn trouwens openbaar, merkt Wim op. Ondernemers in het groen kunnen grote invloed uitoefenen op de besluitvorming als ze dat willen.

Bestedingen

Een brede groep van belanghebbenden kan projecten indienen bij het Productschap. Niet alleen VHG maakt hiervan gebruik. Van de totaalinkomsten gaat vier ton naar het HIC (Hoveniers Informatie Centrum), dat ondermeer de Tuin van het jaar organiseert. Een evenement dat enorm veel positieve publiciteit genereert voor de sector. Verder gaat er geld naar onderzoek; denk hierbij aan bijvoorbeeld arbeidsmarktonderzoek maar ook onderzoek naar nieuwe technieken zoals bijvoorbeeld daktuinen. Andere bestedingen uit het verleden zijn het instellen van een kwaliteitskeurmerk voor de sector geweest. Groenkeur heeft bij de opstart financiële ondersteuning gehad van het Productschap en opereert inmiddels op eigen benen, maar ook de regioconsulenten zijn voor een deel bekostigd met PT-middelen. Deze regioconsulenten als ook de helpdesk voor ondernemers is vooral de kleinere hovenier ten goede gekomen. Zij zijn met raad en daad ondersteund de afgelopen jaren door deze consulenten, in de vorm van bedrijfsbezoeken, quickscans, vragen beantwoording door de ondernemershelpdesk en trainingen. In de periode 2008 – 2010 hebben 298 deelnemers (lees: ondernemers in het groen) 59 workshops gevolgd.

Welke activiteiten financiert of ondersteunt het Productschap Tuinbouw zoal?

  • Tuin van het Jaar & Klimkampioenschappen
  • Het project Groen Loont
  • Collectief onderzoek
  • Het project Groene Stad
  • Professionalisering van bedrijven (denk aan: Quickscans &    Workshopprogramma)

PT-beleid

De nadruk van de PT-activiteten ligt kortom op het algemene belang van de sector. Bij het toetsen van ingediende projecten is dat dan ook een essentieel aspect. De levensvatbaarheid van de projecten bekijken we kritisch in de sectorcommissie. Zo nemen bijvoorbeeld de bijdragen aan de regioconsulenten gestaag af. Een ander toetsingscriterium is het gegeven dat alle ondernemers profijt moeten kunnen hebben, dan wel kunnen deelnemen aan de programma’s die vanuit het PT bekostigd worden.

Stoppen met het productschap

Stel er wordt besloten te stoppen met het Productschap, dan zullen diverse initiatieven en activiteiten niet of nauwelijks meer van de grond komen. Denk daarbij aan sectorbrede initiatieven als de Floriade. Het opdoeken van het PT betekent waarschijnlijk ook een einde aan het Hoveniers Informatie Centrum (HIC) en PPH (Plant Publiciteit Holland). Organisaties die nu verantwoordelijk zijn voor de ‘Tuin van het Jaar’ (free publicityresultaat in 2010 van 140 mediaplaatsingen; goed voor een bereik van 2,9 miljoen), tal van publicaties voor en over de sector, het stimuleren van programma’s als de Groene Stad, ‘Bouwen met groen en glas’, etc. er zal verschraling optreden; we gaan zaken missen op het gebied van marketing & promotie, professionalisering, kwaliteit en onderzoek. Het voordeel van de huidige gemeenschappelijke werkwijze is dat we met alle ‘groene betrokkenen’ samen optrekken. Als dat er direct niet meer is, valt de synergie weg en wordt het een beetje ‘ieder voor zich’.

Tot slot; de kaas van het brood

Ik hoop, zegt Wim van Ginkel, dat als men direct de enquête over het Productschap invult, men ook kennis heeft van de activiteiten die verricht zijn. Hoe meer belangstelling er voor groen gegenereerd wordt, hoe beter dat voor de sector is. Kortom: graag even vooraf verdiepen in de materie. Onbekend heeft onbemind gemaakt… Andere branches kijken momenteel met grote belangstelling naar onze sector. Zij staan in de startblokken om ‘het groen’ over te nemen, onder het motto van duurzaamheid en gebrek aan opdrachten. Denk bijvoorbeeld aan de bouw, waar het al tijden tobben is. We moeten als sector sterk zijn en ons niet de kaas van het brood laten eten.

Bron: VHG Magazine

Tekst: Ton Stassen