We leggen op 6 locaties in Amersfoort kruidenrijke bermen aan. Dat zorgt voor meer bijen, vlinders en insecten. En dat is goed voor de biodiversiteit.
De natuur is een ingenieus en samenhangend systeem van allerlei soorten organismen: planten, insecten, bijen, vlinders, vogels, vleermuizen, schimmels, zoogdieren en nog veel meer. Om te kunnen overleven zijn ze van elkaar afhankelijk, ze hebben elkaar nodig. En die natuur is ook voor ons van levensbelang.
Vinden bijen bijvoorbeeld geen bloemen, waar ze stuifmeel uit kunnen halen, dan verdwijnen ze of sterven ze uit. Dat heeft grote gevolgen, want bijen doen belangrijk werk: zoals het bevruchten van planten. Als planten niet bevrucht worden, verdwijnt ook het groen dat we nodig hebben om onszelf te voeden: groenten, noten, granen en vruchten.
Op weg naar stabiele meerjarige begroeiing
Vanaf eind oktober wordt de grond op deze locaties voorbereid. Dat is nodig voor een succesvolle ontwikkeling van de kruiden. Er wordt onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de grond. Waar nodig wordt de grond verbeterd om voor een ideale start voor een kruidenrijke berm te zorgen.
Vervolgens zaaien we een mengsel van kruiden en bloemen en planten we bollen. Het zaaimengsel is in Nederland gekweekt en past bij het landschap. Zo hebben de uiteindelijke begroeide plekken de meeste kans op bij-, vlinder- en insectbezoek. De bollen geven in het voorjaar ook nog een extra fleurig beeld. In de komende 5 jaar ontstaat dan een stabiele begroeiing.
Ontwikkeling vegetatie
Het kruidenmengsel bestaat uit éénjarige, tweejarige en meerjarige soorten. Het eerste jaar zullen de eenjarigen het beeld bepalen. Denk daarbij aan rijkbloeiende klaprozen en kamille.
[caption id="attachment_13970" align="alignleft" width="300"] Beeld van de eerste fase van de kruidenberm[/caption]
Deze soorten zullen de volgende jaren verdwijnen. Het tweede jaar is een overgangsjaar. Via tweejarigen (bijvoorbeeld margrieten) gaat de vegetatie zich ontwikkelen naar een vaste vegetatie. Dit is het doel van de ontwikkeling: een vegetatie met vaste soorten die jaarlijks terugkeren.
[caption id="attachment_13971" align="alignleft" width="300"] Beeld van de tweede fase van de kruidenberm[/caption]
Het beeld van deze vaste vegetatie bestaat uit een ruige beplanting met gras en kruiden. Kruidensoorten die daarin voorkomen zijn bijvoorbeeld duizendblad, rolklaver, knoopkruid, heelblaadjes en vijfdelig kaasjeskruid.
[caption id="attachment_13972" align="alignleft" width="300"] Kruidenberm met vaste soorten die jaarlijks terugkeren[/caption]
Ontwikkeling volgen
We willen een kruidenbegroeiing die in balans is. Dus er zijn geen soorten die overheersen. Daarvoor houden we de groei en bloei de komende vijf jaar in de gaten en sturen we indien nodig bij.
Één keer per jaar wordt de vegetatie gemaaid. Het is belangrijk dat dit pas gebeurt wanneer de kruiden hun zaad hebben kunnen verspreiden. Hiervoor moet de vegetatie al even uitgebloeid zijn. Dit geeft een dor aanzicht maar is des te belangrijker voor de ontwikkeling. Daarom wordt er pas in oktober gemaaid. Daarbij wordt het maaisel afgevoerd om verrijking van de bodem te voorkomen.
Planning uitvoering
In de week van 19 oktober 2020 starten de werkzaamheden die ongeveer 3 weken gaan duren. Koninklijke Ginkel Groep uit Veenendaal legt de kruidenrijke bermen aan. Allereerst wordt de toplaag van het in te zaaien deel van de groenstrook verwijderd met een kraan. Daarna wordt de grond verbeterd en worden bollen geplant. Vervolgens zaaien we het kruidenmengsel in.